In mijn vorige blog heb ik, Mark Wagemans (advocaat huurrecht Nijmegen) geschreven over de huurprijsverhoging in de sociale huursector, ook wel de niet-geliberaliseerde huursector genoemd. Maar hoe werkt het voor huurders en verhuurders die een huuroverkomst zijn aangegaan voor woonruimte in de vrije sector, ook wel geliberaliseerde woonruimte genoemd? Op die vraag ga ik in dit blog in.
Geliberaliseerde woonruimte
Onder woningen in de vrije huursector vallen simpel gezegd alle huurwoningen die niet vallen onder sociale verhuur (zie daarover ook het vorige blog: https://www.ijzeradvocaten.nl/bibliotheek/huurprijsverhoging-sociale-woonruimte).
Geliberaliseerde woningen vallen dus buiten het woningwaarderingsstelsel (het puntensysteem). Dat betekent dat een huurprijsverhoging niet gebonden is aan het huurprijsbeschermingsrecht. Huurder en verhuurder kunnen dus (nagenoeg) vrij afspreken op welke wijze de huurprijs verhoogd wordt. Ik gebruik het woord nagenoeg, omdat ook in de vrije sector maar één keer per jaar een indexering mag plaatsvinden. Spreken huurder en verhuurder af dat twee keer per jaar geïndexeerd mag worden, dan is dat een nietige bepaling in de huurovereenkomst. Dat heeft vergaande consequenties voor zowel huurder als verhuurder. Is dit bij u het geval, neem dan vooral contact op.
Kale huurprijs en indexeringsclausules
De eerste mogelijkheid van een huurprijsverhoging is dat in de huurovereenkomst een voor beide partijen goed te begrijpen indexeringsclausule wordt overeengekomen. De kale huurprijs (dat is de huurprijs exclusief de servicekosten) kan éénmaal per jaar geïndexeerd worden. Bij een indexeringsclausule is in de huurovereenkomst opgenomen met welk (vast) percentage de kale huurprijs ieder jaar op een vast moment wordt verhoogd (geïndexeerd). De kale huurprijs verandert overeenkomstig die expliciete afgesproken indexering van rechtswege. Dat betekent dat de verhuurder de huurder niet hoeft aan te schrijven om indexering te realiseren. Dit omdat de omvang en het moment van indexering bij aanvang van het huurcontract is overeengekomen.
Partijen zijn daarbij in beginsel vrij om te kiezen of ze een percentage of een vast of flexibel bedrag per jaar afspreken per jaar. Als een percentage of bedrag wordt gekozen zijn ze bovendien vrij om te bepalen hoe hoog dat bedrag of percentage dan wordt. Al met al veel vrijheid voor partijen dus waardoor het voor zowel de huurder als de verhuurder extra opletten is dat een en ander goed wordt vastgelegd.
Geen afspraak, toch een verhoging?
Is er geen indexeringsclausule overeengekomen dan heeft de verhuurder een tweede mogelijkheid om toch tot een huurverhoging te komen. De verhuurder kan aan de huurder een voorstel sturen waarin hij aangeeft dat hij de huur wil verhogen en met welk bedrag. Moet u als huurder dat voorstel klakkeloos overnemen? Nee, dat hoeft niet. Wel moet u er als huurder rekening mee houden dat de verhuurder de rechter kan verzoeken zich uit te laten of het huurprijsverhogingsvoorstel een redelijk voorstel is.
Als de rechter bepaalt dat het voorstel van verhuurder redelijk is, levert dat (in principe) een grond op voor de verhuurder om de huurovereenkomst te beëindigen. De soep wordt echter vaak niet zo heet gegeten als zij wordt opgediend. Meestal wordt een huurder na een uitspraak van de rechter dat het voorstel redelijk is alsnog in de gelegenheid gesteld het voorstel te accepteren.
Wordt u geconfronteerd met een huurprijsverhoging waar u het niet mee eens bent? Of hebt u een redelijk voorstel gedaan waar uw huurder niet mee wil instemmen? Gaat u een woning in de vrije sector (ver)huren en twijfelt u of de overeenkomst voldoende duidelijk is waar het gaat om de huurprijsverhoging? Neem dan gerust contact met mij of een van de andere advocaten huurrecht van IJzer Advocaten op.